Reizigers kunnen aardig pronken, opscheppen of hun oordeel klaar hebben. Als beginnend backpacker kan je dat flink onzeker maken. Wat is het beste? Waar ga ik heen? Wat ga ik doen? Wanneer heb ik het goed gedaan? Backpack.nu heeft voor deze reizigers een top 5 “Hoe reis ik op mijn eigen manier” gemaakt. Dus als je een mede reiziger tegenkomt die in de lach schiet omdat je “maar” twee weken op pad bent of omdat je “maar” gaat kamperen i.p.v. logeren tussen de locals, houdt dan deze top 5 goed in je achterhoofd.
1. Twee weken is meer dan genoeg
“Zo, doe maar gek, wel twee hele weken op reis?” Ken je die reactie? Dat je bijna “eh, ja twee weken” niet over je lippen geperst krijgt. Niets om voor te schamen hoor. De ervaren globetrotter geeft je misschien een lichte neerkijkende blik, maar kin omhoog, “ Ja twee weken op reis!” Weet je wat je allemaal kunt doen in twee weken tijd! Voor veel mensen is twee weken het maximaal haalbare. Werk, vakantiedagen en vaste lasten spelen hierbij een grote rol. Daarbij is je backpack dan ook een stuk lichter en wedden dat je met net zoveel ervaringen en foto’s voldaan terug komt van je reis.
2. Originaliteit
Als backpacker wil je het gevoel hebben dat je de wereld aan het ontdekken bent. Dat jouw reis origineel en uniek is. Maar is dat wel zo? Als je bijvoorbeeld bezig bent met een tussenjaar of een korte vakantie, dan bewandel je een pad waarop iemand anders al heeft gelopen. Is dat erg? Natuurlijk niet, want het gaat erom dat het voor jou een nieuwe ervaring is. Jou ervaringen zijn origineel, omdat jij ze hebt beleeft. Vergeet niet dat reizen geen wedstrijd is. Het gaat er niet om dat jij de eerste bent die iets gezien of gedaan heeft. Als je er maar van geniet. Dan ben je origineel.
3. Locals zijn boeiend, andere backpackers ook
Soms hebben backpackers de neiging om zich volledig te storten op het leren kennen van de locals. Alsof de hele tijd met andere backpackers optrekken het ergste is wat je kunt doen. Een minderwaardig soort reiziger als het ware. Maar iedereen die wat tijd met andere backpackers heeft doorgebracht weet dat ook zij enorm boeiend kunnen zijn. Je kunt veel leren van mede reizigers. Zij komen uit een ander land, hebben andere gewoontes, gebruiken en mentaliteit. Twee vliegen in 1 klap toch?! Dus loop er vooral niet met een boog omheen. Prettige bijkomstigheid is dat je met mogelijke problemen elkaar kunt helpen en steunen.
4. Er is niets mis met “makkelijke landen”
Hoe moeilijker te bereizen, hoe stoerder, luid soms het motto. Als je vertelt dat je een rondreis door Afrika maakt, klinkt dat toch een stuk avontuurlijker dan wanneer je gaat klimmen in de Belgische Ardennen. Rondreizen door een “makkelijk” land is net zo leuk. Alleen maar omdat “de massa” er ook heen gaat, betekent het niet dat deze bestemmingen niet de moeite waard zijn. Een bestemmingen worden niet voor niets door de massa’s word bezocht er is iets te zien of beleven. Dus laat je niet van je stuk brengen en volg af en toe gewoon die massa. Bezoek al je zelf gekozen bezienswaardigheden en bestemmingen zonder je zorgen te maken of het wel of niet stoer genoeg is.
5. Het is geen wedstrijd
Het is geen wedstrijd, er zijn geen winnaars of verliezers. Eigenlijk zijn er bij reizen alleen maar winnaars. De ene reiziger is niet beter dan de andere. Er is geen “juiste” manier van reizen, maar er is ook geen “verkeerde” manier van reizen. Eigenlijk is er maar één manier van reizen en dat is reizen op een manier waar je blij van wordt en je je goed bij voelt. Dus probeer niet neer te kijken op iemand, omdat ze de hele dag in de kroeg willen hangen of stoned als een garnaal zijn terwijl ze ook een museum konden bekijken. Aanbid niet iemand die toevallig de Mount Everest drie keer heeft beklommen. Maak de reis die jij wilt en zoals jij hem wilt
